"Door de economische ontwikkeling van het eiland Curaçao is de plantage Tamarinde in verval geraakt. De conservatieve eigenaar is te gehecht aan de traditie en het erfgoed van zijn voorvaderen om er afstand van te doen en hij kan zich ook niet bij de sociale evolutie aanpassen. Hij verzet zich tegen het huwelijk van zijn dochter met een kleurling (de onwettige zoon van zijn huishoudster), die wat intelligentie betreft zijn eigen zoon voorbijstreeft en dokter wordt. De oude man verstoot zijn kinderen en blijft als eenzaam, verbitterd man alleen op de plantage wonen. Na een hartaanval komt de grote ommekeer; hij verzoent zich met zijn kinderen en iedereen aanvaardt de nieuwe tijd" (filmtotaal.nl).

 

bovenstrijd_t208

Van Dalsum als de planter Sjon van Leent met Elly van Stekelenburg als zijn huishoudster Jaja

 

In 1958 voerde Toneelgroep Theater Plantage Tamarinde van Hans Keuls op onder regie van Cruys Voorbergh. In 1963 werd het stuk door Luc van Gent bewerkt en geregisseerd voor de KRO TV, omdat honderd jaar geleden de slavernij op de Antillen werd afgeschaft. Men vond het stuk zwak (veel dialogen, weinig dramatische handeling), maar het werd gered door het spel van Voorbergh als de planter Sjon van Leent en Elly van Stekelenburg in haar glansrol van de huishoudster Jaja. In 1964 wordt het stuk verfilmd onder regie van Michael Forlong met Van Dalsum als de planter. Het is Van Dalsum's tweede film na Boefje (zie 1939). Dialoog-regisseur Luc van Gent: "Het doet hem niets, wanneer wij bijvoorbeeld een half uur aan zijn been zwengelen om dat precies in de goede stand te krijgen".  

 

bovenstrijd_t209

Beatrix met Van Dalsum en Elly van Stekelenburg bij de première in het Amsterdamse Citytheater 29 okt. 1964. Foto Anefo/Van Gelderen, coll. SvD

 

"De film ging met 17 kopieën uit, die allen na een week op de planken belandden, tot ze met het Haagse City theater door brand vernietigd werden. De verzekering betaalde voor de verloren kopieën meer uit dan er ooit voor het zien van de film aan de kassa was neergeteld. Kosten film: 580.000 gulden. Opbrengst: 80.000 gulden" (filmtotaal.nl).

 

De kritiek is vernietigend. Filmcriticus C.B. Doolaard: "De hier terecht onbekende Nieuw Zeelander Michael Forlong is de regisseur van deze mislukking, waarin niemand minder dan Albert van Dalsum camera-onwennig verdwaalde. Het is pijnlijk een acteur met zijn staat van dienst onder deze ongunstige omstandigheden aan het werk te zien. ... Forlong en cameraman Prosper Dekeukeleire [zijn ...]  met het merendeel van de acteurs naar Curaçao gereisd om de film ter plaatse op te nemen [stand-in voor Van Dalsum], wat mede mogelijk is gemaakt door overheidssteun uit die hoek. ... het heeft geen enkel resultaat opgeleverd. ... Kleurlozer Curaçao dan in 'Plantage Tamarinde' is nimmer vertoond. De sfeer van het eiland ontbreekt ─ trouwens iedere sfeer. Ook in de muziek van Melle Weersma."

 

bovenstrijd_t210

Paul Storm als de oude negerbediende Saulus met Van Dalsum

 

"Wat overblijft is het ... verhaal over de koppige plantagebezitter Sjon Jan met zijn smeuïg personeel ─ Elly van Stekelenburg maakt er samen met Paul Storm onder de donkere schmink en haar kromme taaltje weer wat van, maar de camera kijkt er wel doorheen ─ die niet geolied met de nieuwe tijd mee wil en vooral kwaad wordt als zijn dochter trouwen wil met een niet-blanke jeugdvriend, die in Nederland gaat studeren en als dokter op Curaçao terugkomt. Keuls heeft goede bedoelingen bij de vleet, maar een broodnuchter en uiterst simpel gevoel voor drama en zijn dialoog is onechte namaak. ... Forlong kan geen rollen introduceren ... Als iemand eens een gevoel uitspreekt denkt men op zijn best: dat doet hij redelijk na. Zelfs dit komt in 'Plantage Tamarinde' zelden voor.

 

Om het nog erger te maken heeft dialoog-regisseur Luc van Gent weer dat ondragelijk onnatuurlijke Nederlands laten spreken ... Het wordt niet alleen opgezegd, maar slècht opgezegd. Aan het slot wordt de als acteur onherkenbare Van Dalsum als Sjon Jan nog even een schim van zichzelf, maar dat helpt niet veel. Dat het nog veel slechter kan blijkt uit de familie-rolbezetting (Lo van Hensbergen met zijn dochter Bronwyn, Marlene Keuls, Piet en Alexander Eelvelt). Het absolute nulpunt bereikt Han Rijnbeck als echtgenote van Sjon Jan, maar ook Robert Boon als versmade minnaar Reinders maakt de indruk dat hij tussen de scènes in de ijskast werd bewaard. Jack Monkau en Bronwyn van Hensbergen spelen samen de vooruitstrevende jeugd, die de nieuwe tijd van Curaçao begrijpt. Ze doen het nadrukkelijk frank en pseudo modern; dus zo moet het ook niet.

 

'Plantage Tamarinde' is een aaneenschakeling van lauw onbekwaam spel, levensgrote regiefouten en verdient de naam speelfilm niet. In de donkerste jaren van onze speelfilm zou het een opvallende doodklap zijn geweest. Nu het beter gaat, kan men over deze waardeloze poging de schouders ophalen. Maar het is onbegrijpelijk dat de makers van 'Plantage Tamarinde' niets geleerd hebben van de recente Nederlandse films die het bekijken en beleven waard zijn" (Het Parool 29 okt. 1964).

  Terug